De dehumanisering van een generatie
De vorming van je persoonlijkheid wordt beïnvloed door het script wat je bij geboorte meekrijgt: het verbindt je met verleden en toekomst en je intuïtie is het hulpmiddel om het spoor van het script te volgen. Als je ouders hier tenminste oog voor hebben. Het ergste is als ze je proberen te vormen naar hun beeld en gelijkenis, hun religie opdringen, verwachtingen koesteren die je niet kunt waarmaken en die vroeg of laat leiden tot een midlifecrisis. Tenzij je intuïtief aanvoelt dat het klopt. Bij mij was dat niet het geval. Erger: een misvormend ingrijpen door de kinderbescherming zonder professionele begeleiding,
Kinderen worden uit huis geplaatst omdat naar het oordeel van de kinderrechter en/of Jeugdbescherming de huiselijke omstandigheden een bedreiging vormen voor het welzijn zowel psychisch en/of fysiek voor het kind. Er is niet altijd sprake van een vooraankondiging, veelal is er sprake van een directe uit huis plaatsing op basis van een gerechtelijk bevel. Informatie over de noodzaak va ingrijpen komt van een leraar op school, een van de ouders, de buren, de huisarts. Over het waarom en de gevolgen wordt niet gediscussieerd. De kinderen worden opgehaald en gaan naar een Kindertehuis. Pas veel later komt een onderbouwing van de beslissing waartegen de ouders niet zoveel in te brengen hebben. Je bent je kinderen kwijt.
Het spoor bijster, verkeerde afslag!
Daar kan ik zelf het een en ander over kwijt. De huisarts stelde vast dat ik sexueel werd misbruikt en gaf dat door aan de Jeugdbescherming. Er werd thuis verder niet over gesproken. Mijn vader moest van de kinderrechter het huis verlaten en die nam zijn middenstandsdiploma mee. Het diploma dat mijn moeder niet had. Dat betekende het einde van de winkel. Ik kwam op een zaterdag terug van Scouting en werd opgewacht door een Mevrouw. Ik kan me niet herinneren dat ze iets zei. Er stond geen tas met kleren klaar, geen etui met een verse tandenborstel en tandpasta. Er was geen afscheid. Ze nam me gewoon mee. Naar een kindertehuis.
Levenslange straf en geen reddingsvest. Dat staat vast.
En hier begint de vervreemding. Het niet begrijpen. Het gebrek aan uitleg, zoals ik mijn vader niet begreep die mompelde dat hij me nodig had en mij tot bloedens toe omhelsde. Mijn moeder niet, omdat ze niet ingreep, niets zei, verdoofd.
In een vreemd donker huis met steile trappen, een zolder vol oude kinderkleren, een jongens slaapzaal. Hier leerde ik geluidloos huilen, liep verloren rond, voelde de dreiging van schreeuwende en klierende kinderen, het geschreeuw van de zuster.
Er was geen grond om op te staan, geen hand op mijn schouder, geen welkomstwoord. Mond houden, bord leeg, wegwezen. Wist ze wel mijn naam? Het voelde als oud vuil en teveel. Iemand sloeg met een blok hout een gat in mijn hoofd. Waartoe zijn wij op aarde?, vroeg de priester op school. Om hier en hiernamaals gelukkig te zijn, dreunden wij in koor. Hij doelde op het hiernamaals. Niet hier.
Ik voelde geen binnen en geen buiten. Buiten was geschreeuw, binnen was het leeg: ik voelde niks. De tranen kwamen nachts, zonder geluid, zonder ademtocht. Was het allemaal mijn schuld? Waarom had ik niks gezegd over mijn vader, niet gewaarschuwd. Had mijn moeder niet mijn ondergoed gezien, vuil en met bloedsporen? Te druk met werk en drank. Ze heeft nooit iets gezegd. Ze had gehuild maar nam geen afscheid. Ze had me niet in haar armen genomen, niet getroost, niet gezegd het komt wel goed. Was ik mijn moeder kwijt? Mijn levenslang voelde ik haar afwezigheid, haar verwijt. Ik was het lievelingskind van mijn vader,
Mijn moeder heeft ons met een leugen meegenomen naar huis en ons daar verstopt. Pas op voor de man aan de overkant. Bukken als je naar bed gaat. Het hielp niet. Na drie weken kwam een politiemacht van acht in het zwart geklede agenten en kregen na veel geschreeuw en een worsteling met mijn moeder de sleutel van het achterhuis. Daarna verdwenen we in een zwarte Chevrolet van de politie naar een ander kindertehuis. Verder weg.
Ik was negen toen ik vertrok. Toen ik bijna dertien werd, vroeg de kinderrechter wat ik wilde. Ik kon niet naar huis. Er was geen huis. Ik wou niet naar een pleegoudergezin. Te dicht op mijn huid. Ik wilde priester worden en ging dus naar een seminarie. Daar zou het vol zijn en ik ongezien.
Ik scheurde het vel van mijn handen en gebruikte wondzalf, ik had last van psychoses en het lukt me in een heftige kramp stil te zitten. Ik sloeg mijn hoofd heen en weer om in trance te raken en geen verdriet te voelen. Ik ben er zes jaar geweest en eindigde toch met een diploma. Priester worden ging niet door. De gelofte van gehoorzaamheid en kuisheid was het breekpunt.
Ik had het verbod gekregen om niet over thuis en de gebeurtenissen te praten. Dat gaat tenslotte niemand aan, zeiden ze. Het werd mijn gewoonte om vragen te stellen en zelf geen antwoorden te geven. Ik kwam niet in beeld en kon ik ook niet zeggen op officiële papieren wat mijn vader deed, waar hij woonde, getrouwd was en/of nog leefde. Ik wist niets.
Ik werd benaderd door mannen die iets zagen, wat ik niet zag. Iets wat mijn vader meende te zien en ik niet wist. Ik was niet in staat tot enige vorm van intimiteit. Dat was een bron van conflicten. Wat bij mijn vrouw zo mooi begon, bleek uiteindelijk steeds een bedreiging. Het liep vast op het kind in mij. Het kind dat schreeuwde en tierde en tenslotte brak, een vicieuze cirkel. Ze zei: je praat als een kind. Het kwam goed. Ik zocht hulp en het werkte. Het werd een verhaal.
Maya Angelou heeft gelijk: there is no greater agony than an Untold story. De stilte is onverdraaglijk en ziek makend.
In Nederland zijn honderden kinderen gedwongen uit huis geplaatst omdat hun ouders zogenaamd fraude zouden hebben gepleegd. Ze ontdekten bij de belastingdienst dat ze geen Nederlandse achternaam hebben en dan zouden ze opzettelijk de misdadig gedrag vertonen. Het overviel de ouders. Ze eisten het geld terug voor de kinderopvang. Dat hadden die ouders niet. Het geld was legitiem uitgegeven aan de kinderopvang, Ze hadden het geld dus niet en de deurwaarders begonnen te dreigen met boetes en de schulden stegen tot grote hoogtes. Ze moesten hun bezittingen verkopen, hun huis, auto, alles en nog gingen de vorderingen omhoog. De kinderen werden op school opgewacht en meegenomen door wildvreemde mensen die niets hoefde uit te leggen. Ze hadden alleen een opdracht. De kinderen uit 1 gezin werden op verschillende plaatsen ondergebracht. Zonder afscheid, zonder verhaal, door wildvreemde mensen.
Dit herken ik.
Nog afgezien van misbruik bij pleegouders, als een kind te lange tijd van huis is, vervreemd het kind van de ouders. Je weet niet meer of het misschien toch niet de schuld van je moeder is is en waarom hebben ze je niet opgehaald, waarom wisten ze niet waar je was, kun je wel geloven wat je ouders je zeggen en als je zegt dat je naar huis wil, waarom kan dat niet en waarom zijn ze gescheiden en wanneer komt er een einde aan deze nachtmerrie? Het dendert alsmaar door je hoofd: woede en verdriet wisselen af.
Tot op de dag van vandaag kan de belastingdienst het probleem niet oplossen. De ouders hebben geen compensatie gekregen. Hele gezinnen liggen uit elkaar. De Nederlandse Overheid laat een donkere racistische kant zien en heeft nog steeds de kwestie niet opgelost, de ouders niet gecompenseerd; al twaalf jaar niet!
Gevolgen
De kinderen zijn getraumatiseerd voor het leven. Net als de ouders die het geloof in de overheid kwijt zijn. Ik weet welke route ze gaan lopen.
- of ze er zelf schuld aan hebben
- angst en depersonalisatie verschijnselen
- angst voor intimiteit
- achterom kijken of niet iemand je komt halen
- geen vertrouwen in instanties
- vervreemden van je ouders, gescheiden ouders
- te oud om nog terug te gaan naar het verloren ouderlijk huis, het kinderparadijs
- elke avond de sloten van het huis, je cel, je kamer, controleren
- drankzucht/ drugs/ wegdrukken van gevoelens
- je bent het oorspronkelijke script kwijt waarbij je niet werd aangemoedigd door je ouders, de priester, jehova getuige.
- automutilatie
- depressies, met 40 jaar arbeidsongeschikt.
Ps: Ik kan het niet helpen maar denk denk ook vaak aan de kinderconcentratiekampen in Amerika en Israël, twee beschaafde landen net als Nederland. Als ik denk aan de gevolgen van dit opzettelijk geforceerd trauma voor deze kinderen, huiver ik. Als ze hun boosheid uiten, met stenen gooien, wraak willen nemen voor de pijn en het verdriet, worden ze vermoord. In Kasmir richten soldaten hun pellets op de ogen van kinderen, in China worden kinderen van Uygur ouders gescheiden en heropgevoed. Kinderhanden in de goudmijnen van Ghana, Afrika. Een pervers systeem.