Het Verhoor

K:Naam? S:……..K.We hebben je vannacht opgehaald. Weet je waarom? S: ……. K:Je hebt gisteren een steen/stenen gegooid. Klopt dat? S:….Nee. K:Wat deed je dan? S:..Ik was op weg naar mijn tante. K:..Je liegt. Ik weet dat je liegt. Je staat op een foto bij jongens die stenen gooiden. S…Ik wil naar mijn moeder.. K:..dus je zegt dat je niet hebt gegooid? S:…… K:…Je weet dat ik je hier kan vasthouden, voor maanden, voor jaren. S:…. K:Je wil je broertjes en zus toch ook weer zien? S:(kleintjes)…..ja. K:dus je hebt met stenen gegooid? S:……nnnee. K: oke. Wat je moet weten: je gaat zo naar een cel, zonder ramen, zonder licht. Daar kun je huilen,gillen en schreeuwen. Niemand die het hoort. Wil je dat? S…..nnnee K: Dus ? S: ik heb geen stenen gegooid. K:Er zijn hier kinderen, sommigen net zo oud als jij, die zitten hier al maanden, sommigen al een paar jaar. Dus? S:…… K: (vuist op tafel) ik ben het zat. Jullie Palestijnen zijn te stom om voor de duvel te dansen. Begrijp je dan niet dat je hier niet zomaar zit. Dat je eigendommen van Israël hebt beschadigt met stenen gooien. Daar staat drie jaar gevangenis op als je voor de rechter komt. Dus ? S:… ik heb….(huilt). K:Ik denk dat ik die broers van jou nu ook ga ophalen. Dit duurt te lang en van slapen komt niets terecht, reken er maar niet op. S:….mij broers waren bij mijn vader. Water halen. K: Je denkt dat een foto liegt? Ik heb alle bewijzen en ik kan ook bewijzen dat jij hebt gegooid en eigendommen van Israel hebt beschadigt. Wanneer houden jullie eens op met liegen. Wanneer begrijpen jullie dat je hier niets meer te zoeken hebt. Het land van jouw vader is niets meer waard. Net als jij niets meer waard bent. Dus:? S:…..(huilt harder). (met een ruk staat de ondervrager op) K: Ik heb er genoeg van. Ze brengen je naar je cel en ik haal je weer op als je hebt nagedacht en misschien pas over een paar dagen. We zullen zien. S….(huilt nog steeds en mompelt de naam van zijn moeder.

The war on children